Dividend van de GmbH naar de B.V. , het blijft lastig maar er is hoop.

Duitsland heeft al best veel bepalingen die geknutsel met internationale belastingverschillen heel lastig maken.  Een van de bepalingen waar ook de niet knutselende Nederlandse ondernemers mee te maken kreeg was artikel 50d van de Duitse inkomstenbelasting. Dat artikel bepaalde -heel erg vereenvoudigd – dat dividenden die van een GmbH naar een BV gaan in principe geacht worden antifiscaal te zijn tenzij je een goedkeuring bij het Bundeszentralamt für Steuern ophaalde.  En dat bureau heeft niet de reputatie soepel of snel te zijn. In de praktijk bleek dat met name het uitkeren van dividend van de GmbH naar een holding die verder niet actief was tot problemen leidde. Bij dividend uitkeren naar een “lege” holding was Duitsland op haar hoede.

Bij de onderhandelingen voor het nieuwe belastingverdrag met Duitsland (ingegaan 2016) heeft Nederland bedongen dat ook bij een niet actieve holding er geen probleem zou zijn, mits daarboven maar een normaal belaste directeur groot aandeelhouder stond. Deze heeft uiteindelijk immers te maken met de Box II heffing van (nu nog) 25%. In de praktijk bleek het Bundeszentralamt für Steuern hier niet spontaan uitvoering aan te geven.

Ondertussen hebben een paar bedrijven dit probleem voor de Europese rechter laten komen. Die heeft eind 2017 uitgesproken – weliswaar over een iets oudere tekst van de wet – dat het niet eerlijk is om buitenlandse bedrijven aan allerlei voorwaarden te verbinden, terwijl dat in het binnenland niet gebeurd. Dividend van een GmbH naar een GmbH gaat zonder dat er belasting moet worden ingehouden. Dit terwijl dividenden over de grens maar nog binnen de EU aan deze hobbel worden onderworpen.

Het Duitse ministerie van financiën – Bundesfinanzministerium / BMF) heeft deze criteria  heeft nu bij schrijven van 4 april 2018 versoepelt. Deze versoepeling mag meteen worden toegepast. Het geldt alleen voor dividenduitkeringen binnen de EU.

Er is nog steeds discussie of binnen de EU de regels niet nog soepeler moeten worden toegepast. Ook voor de bijzonder afspraak tussen Nederland en Duitsland zal in de praktijk moeten blijken wat de uitwerking is. Het is wel een stap in de goede richting.